Ruim de helft akkerbouwers zegt minder te verdienen door weersextremen

Meer dan de helft van de akkerbouwers in ons land zegt minder te verdienen door het extreme weer, blijkt uit een enquête van vakblad Nieuwe Oogst onder ruim 500 boeren. Ruim 61 procent gaf in de enquête van het agrarische blad aan verlies van inkomsten te hebben. Vooral de afwisseling van periodes met droogte en hevige regenval is funest voor boeren. "Twee derde geeft zelfs aan het financieel helemaal niet goed op te kunnen vangen", vertelt Nieuwe Oogst-hoofdredacteur Esther de Snoo in het NOS Radio 1 Journaal. Er werd onder meer gevraagd welke weersomstandigheden het meeste invloed hebben op de akkerbouw. 65 procent van de deelnemers gaf aan dat vooral wateroverlast een groot risico voor het bedrijf is. Droogteperiodes zijn bij 58 procent van invloed op de bedrijfsvoering. Dat is vooral te merken aan de oogst, zegt De Snoo. "Dus ze kunnen veel minder aardappelen, uien en suikerbieten uit het land halen, omdat het simpelweg te nat was om het land op te gaan. Een te late oogst betekent ook dat er weer later gezaaid kan worden. "En dat wordt gevoeld in de portemonnee." Ook boer Henk uit het Groningse Zuidbroek merkt de gevolgen: Akkerbouwer Pieter Evenhuis heeft een bedrijf in Giethoorn en verbouwt frietaardappelen, uien, suikerbiet en graan. Hij zegt naast de slechte weersomstandigheden last te hebben van de regels van de overheid. Zo moeten landbouwers door een nieuwe wet jaarlijks voor 1 oktober oogsten, omdat er dan minder stikstof vrijkomt. Vorig jaar hadden aardappelboeren een meevaller: vanwege het slechte weer mochten ze twee weken later oogsten. Maar dit is volgens Evenhuis een terugkerend probleem. Hij kon vorig jaar ook niet op tijd oogsten omdat het land te nat was. "Daardoor kunnen we ook niet op tijd zaaien dit jaar. We zijn steeds zes weken later, ook dit seizoen weer." Wie later dan 1 oktober oogst, moet het jaar daarop minder stikstof gebruiken. Het gevolg: een mogelijk lagere oogstopbrengst. Het demissionaire kabinet zei vorig jaar geen voorstander te zijn van het verschuiven van de deadline. De huidige regelgeving is nog tot 2027 van kracht. Verzekering Een mogelijke oplossing is een verzekering tegen weersextremen. Maar die zijn volgens De Snoo van Nieuwe Oogst praktisch onbetaalbaar. 20 procent van de deelnemers geeft in het onderzoek aan wel zo'n verzekering te willen, 49 procent wil liever zelf een buffer opbouwen, 36 procent zegt niet genoeg geld te hebben voor zo'n verzekering. Ook akkerbouwer Evenhuis denkt dat een verzekering te duur is voor veel boeren. "De verzekering heeft een eigen risico van zo'n 25 procent. Dat is gewoon niet meer te betalen." De enige oplossing zijn volgens hem soepelere regels van de overheid.

Boeren in de knel maar provincie geeft niet toe: 'Stilzitten is voorbij'

Veehouders die vóór 1 oktober 2023 geen vergunning hebben aangevraagd voor het plaatsen van een luchtwasser op hun stallen, zijn in overtreding en er zal op worden gehandhaafd. Dat zegt gedeputeerde Wilma Dirken (VVD) van stikstof. "De tijd van stilzitten en niks doen is voorbij." Het blijft een hoofdpijndossier: de verplichte stalaanpassingen voor Brabantse veehouders. Opnieuw werd er vrijdag over gesproken. Deze keer ingeleid door een aantal insprekers die er geen doekjes om wonden. Zoals jonge varkensboer Cas van Zutphen uit Zijtaart. "Onze noodkreet is aan dovemansoren gericht. Ik kan dit niet meer."Strostal voor dierenwelzijnCas wil het bedrijf met ruim 500 zeugen graag overnemen. Hij is geen boer die 'geen zin heeft' in maatregelen. Of alles maar te veel gedoe vindt. In 2009 bouwde het gezin een stal met stro en natuurlijke ventilatie. Goed voor het dierenwelzijn. Maar nu moet het anders. Nog dit jaar moet er een luchtwasser op de stal.Een luchtwasser die met gemak 70.000 euro kost maar waarvan niet duidelijk is hoe goed die precies werkt. Daarnaast moet de stal potdicht worden gemaakt, wat slecht is voor het welzijn van zijn varkens. Hij wíl het gewoon niet, want de stalvorm die hij nu heeft is juist precies wat de provincie wil, zegt hij. De vergunning is aangevraagd, maar of die strostal wordt aangepast, dat is nog maar de vraag. Goed advies onmogelijkOok de directeur van adviesbureau Van Dun uitte zijn zorgen. Het bureau moet boeren adviseren over de soort luchtwasser en de vergunningsaanvraag. Maar dat gaat helemaal niet, zegt Fonny van de Heijning. Onduidelijkheid over de werking van de verschillende systemen maakt het onmogelijk om een keuze te maken, zegt hij.Daarnaast belandt de vergunningaanvraag op een grote stapel. De natuurvergunningen kunnen namelijk niet worden verleend omdat er een vergunningenstop is afgekondigd. En zónder die natuurvergunning, kan een boer bij de gemeente geen milieutoestemming aanvragen en geen bouwvergunning om de luchtwasser daadwerkelijk te plaatsen. "Dus het is onmogelijk dat op 1 juli van dit jaar de benodigde stalaanpassingen uitgevoerd zijn", zegt van de Heijning.Niet meer stilzittenGedeputeerde Dirken blijft standvastig. Het beleid is in 2017 al ingezet en er zijn ook heel veel ondernemers die wél al aanpassingen hebben gedaan om hun stikstofuitstoot naar beneden te brengen. "De tijd van stilzitten en niks doen is voorbij." Daarnaast moet Brabant wel. Nergens zijn zoveel dieren en is de natuur in zo'n slechte staat. Voor boeren die hun best doen is er coulance. Boeren die volgens afspraak vóór 1 oktober 2023 een vergunning voor een luchtwasser hebben aangevraagd, maar die door omstandigheden nog niet hebben geplaatst, houdt de provincie uit de wind. Is de vergunning niet aangevraagd, dan is de ondernemer in overtreding. De provincie gaat eerst kijken wat de reden is, bijvoorbeeld omdat de boer wil stoppen of minder dieren gaat houden. Is er geen goede reden voor het niet aanvragen, dan kan de provincie handhaven. Angst voor illegaliteitDaarover zijn grote zorgen bij de ZLTO, de boerenbelangenorganisatie. "Wij hebben de angst dat veel veehouders op 1 juli 2024 illegaal worden verklaard", zegt Angelique Huijben. "Vergunningaanvragen liggen nog steeds op de plank bij de omgevingsdiensten. De provincie belooft niet te handhaven, maar de angst is er voor anderen die naar de rechter stappen."De organisatie is bang voor een 'PAS-crisis 2.0'. "U weet net zo goed als ik dat er een actiegroep in ons land is die onmiddellijk de juridische messen zal slijpen en een gedoogbeleid bij een rechtbank zal aanvechten."Deadline voor melkvee uitgesteld Eerder werd de deadline voor emissie-arme stalvloeren voor melkvee en kalveren wel uitgesteld. Die stallen hoeven pas op 1 januari 2026 te zijn aangepast. De scheiding is gemaakt omdat uit onderzoek is gebleken dat de bestaande stalvloeren voor rundvee nauwelijks resultaat leveren. Voor de andere diergroepen zijn die resultaten beter, maar nog steeds omstreden. De provincie benadrukt overigens dat er ook andere mogelijkheden zijn om de stikstofuitstoot te verminderen. Zo kunnen boeren ook minder dieren houden, meer grond aankopen, overschakelen op biologische landbouw of eventueel hun bedrijf verplaatsen. Daarnaast staan de landelijke uitkoopregelingen nog open.

Protesterende boeren die afval dumpten op A7 moeten 35.000 euro betalen

Het Openbaar Ministerie wil 35.000 euro zien van zes boeren die in 2022 wegblokkades opwierpen en afval dumpten bij protesten op de A7 in 2022. 'Het is onredelijk de belastingbetaler op te laten draaien voor de kosten. Er moet een krachtig signaal komen dat dit niet wordt getolereerd.' Zes verdachten stonden vandaag terecht bij de rechter, die in wisselende samenstelling verantwoordelijk worden geacht voor de wegblokkades en afvaldumpingen in Frieschepalen (A7 rijrichting vanuit Drachten naar Groningen) op 28 juli 2022 en in Marum (bij de oprit A7) op 1 augustus 2022. Afval dumpen en in brand steken Een 32-jarige man uit Augustinusga (Friesland), een 33-jarige man uit Kornhorn, een 21-jarige man uit Opende en een 29-jarige vrouw uit Oldehove worden verdacht van het dumpen van afval op de afrit en tussenberm van de A7 ter hoogte van Frieschepalen, het opzettelijk versperren van de weg en het stichten van brand. Bij de dumpingen op de oprit naar de A7 ter hoogte van Marum zijn wat het OM vier verdachten rechtstreeks betrokken. Het gaat hierbij ook om de 33-jarige man uit Kornhorn en de 21-jarige man uit Opeinde, en daarnaast een 22-jarige man uit Gorredijk en een 52-jarige man uit Opende. Zij worden in wisselende samenstelling verdacht van het versperren van de weg, het dumpen van afval en het in brand steken daarvan. Geld voor Rijkswaterstaat Rijkswaterstaat heeft zich als wegbeheerder gevoegd als benadeelde partij en heeft een vordering ingediend. De officier van justitie is van mening dat het onredelijk is de belastingbetaler op te laten draaien voor de kosten als het duidelijk is wie verantwoordelijk is voor de schade. 'Het gaat om forse bedragen en dat zal problemen opleveren voor de verdachten, maar het is meer dan redelijk dat men opdraait voor de kosten', aldus de officier. Voor Marum gaat het om een schadebedrag van bijna € 17.000,-- en voor de schade bij Frieschepalen vindt de officier een bedrag van ruim € 18.000 euro toe te wijzen.

Onderzoek: mogelijk andere bron voor glyfosaat in water

De aanwezigheid van glyfosaat en de afbraakstof AMPA in Europees oppervlaktewater laat zich niet alleen verklaren door het gebruik van onkruidbestrijders. Dat stellen Duitse onderzoekers in een artikel dat is gepubliceerd op Research Square. Het artikel is niet peer-reviewed. Dat betekent dat er geen toets is geweest van de publicatie door andere wetenschappers, die niet bij het onderzoek betrokken waren, maar er wel deskundig op zijn. De auteurs van het onderzoek zijn werkzaam voor de Eberhard Karls Universität Tübingen en het Zweckverband Landeswasserversorgung. De onderzoekers hebben gekeken naar meetgegevens van glyfosaat en AMPA in oppervlaktewater. Ze komen tot de conclusie dat de gemeten waarden niet in lijn zijn met het seizoensgebonden gebruik van glyfosaat als gewasbeschermingsmiddel. In de Verenigde Staten is er wel een duidelijk verband zichtbaar tussen de gemeten glyfosaatwaarden en het gebruik van glyfosaat in de landbouw. Stoffen in Europese wasmiddelen De onderzoekers veronderstellen dat er nog een andere bron is voor glyfosaat in Europese rivieren. Mogelijk ontstaat glyfosaat en AMPA door stoffen die in Europese wasmiddelen voorkomen, maar niet in Amerikaanse wasmiddelen worden gebruikt, aldus de auteurs. “Alle gegevens wijzen duidelijk op de aanwezigheid van een nog onbekende, maar belangrijke stedelijke bron voor glyfosaat in Europa, die niet verband houdt met de toepassing van herbiciden, maar eerder met afvalwater”, schrijven de auteurs. Zij geven onder meer aan dat uit onderzoek is gebleken dat glyfosaat en AMPA ook (veel) worden aangetroffen in rioolwaterzuiveringsinstallaties, waar vooral huishoudelijk afvalwater wordt verwerkt. Die hoge waarden van glyfosaat en AMPA kunnen niet worden verklaard door stedelijk gebruik van glyfosaat, aldus de onderzoekers. De onderzoekers constateren dat beperkingen van het gebruik van glyfosaat of zelfs een verbod (Luxemburg), geen duidelijke veranderingen laten zien in de gevonden gehalten aan glyfosaat of AMPA in oppervlaktewater.

Disproportionaliteit .....

Nu kabinetten Rutte 3 en 4 er in geslaagd zijn de derogatie te verprutsen, komt de veehouderij in een volgende fase. Dat was vandaag ook in de tweede kamer te merken, want het K woord hangt in de lucht. De K van krimp. Is een generieke korting noodzakelijk om de mestmarkt in balans te brengen en of uitvoering te geven aan de Derogatiebeschikking. Mijn vraag: Kan dat zo maar? Ik ben daar eens over aan het nadenken gegaan. De afgelopen maanden werd duidelijk dat sectorale plafonds niet overschreden worden. Dus er is geen wettelijk haakje in de huidige meststoffenwet. Mijn volgende vraag is.......met welk doel wil men een krimp. Die oorsprong ligt in de invulling door Nederland van de Nitraatrichtlijn. Melkvee, varkens en pluimvee vallen onder een rechten systeem. Overige diersoorten zoals geiten, paarden, schapen, eenden enz niet . Kan de minister met een ministeriele regeling of middels de kamers generieke krimp opleggen met als doel de nitraatrichtlijn? Nee is mijn conclusie. En die trekt ik omdat disproportionaliteit dan in het spel is. Disproportionaliteit wil zeggen dat er ongelijkheid is het beleid. De nitraatrichtlijn vindt haar basis in de normering en monitoring van nitraten uit agrarische bronnen in grond en oppervlaktewater en voorkomen van eutrofiering als gevolg van onvoldoende chemische samenstelling van oppervlakte water. En sectoren met rechten wel korten en sectoren zonder rechten niet is op dit moment juridisch niet mogelijk. (fosfaatrechtstelsel in 2018 was een ander doel, nl onder het melkveeplafond komen)

Dronten - Landbouwminister Adema tegen studenten in Dronten: "Ik voel me niet demissionair"

"Ik zie boeren die gaan omvallen." Dat zei demissionair landbouwminister Piet Adema tegen studenten van Aeares Hogeschool Dronten. De minister was uitgenodigd om op de hogeschool met studenten in gesprek te gaan over hun toekomst. Zijn boodschap was daarentegen niet pessimistisch. Hij moedigde de studenten juist aan om hun opleiding in Dronten af te maken en wanneer het kan om verder te studeren. Het gesprek tussen de studenten en de minister vond plaats in een lokaal dat was ingericht als TV-studio. Met zo'n honderd studenten in het publiek en de minister als gast op een podium in een leren fauteuil. Het gesprek werd geleid door Esther de Snoo, hoofdredacteur Nieuwe Oogst, een vakblad voor boeren en tuinders. De setting leek op het tv-programma Collegetour. Het werd in dit geval College Boer genoemd en zal binnenkort via YouTube te bekijken zijn. Problemen zijn niet demissionair Het gesprek ging onder meer over onderwerpen waar de landbouwsector stuk op loopt zoals het mest- en stikstofbeleid. Daar ziet de minister dat bedrijven het niet gaan redden. En dat is niet het enige. "De problemen met de visserij wil ik ook benoemd hebben", sprak hij. Als minister van een demissionair kabinet kan hij geen nieuw beleid en nieuwe regels maken die gunstiger zijn voor de gehele sector. Daar legt hij zich niet bij neer liet hij de studenten weten. "De problemen zijn niet demissionair en daarom voel ik mij ook niet demissionair." Maar veel kan hij nu niet doen. Behalve dan de verhalen die hij heeft gehoord en de zorgen die er zijn overdragen aan een nieuwe minister.[image:https://d5ms27yy6exnf.cloudfront.net/pictures/B97732B66B3A920BC1258AE40076A7B920240318_152448_56A97D05E7264EB7C1258AE40076A7CC.jpg]"Toonaangevende tuinbouwtechnieken "Mijn vraag ging over de toonaangevende positie van Nederland in de wereld op het gebied van tuinbouwtechnologie", zegt een studente. "Hoe kunnen we deze leidende rol behouden?", wil ze weten. Over het antwoord is ze tevreden. De minister vertelde dat hij zich actief bezig houdt met nieuwe technieken in de tuinbouwsector. Hij verwacht niet dat Nederland de wereldpositie zomaar zal verliezen. Jonge tuinders die zich voor deze sector blijven inzetten zijn volgens de minister nog steeds hard nodig. Rustig Ondanks de grote zorgen die in de vragen van de stunten klinken bleef de sfeer rustig en heel beheerst. Geen hoogoplopende emoties of felle discussies en ook geen spandoeken met harde leuzen. De studenten waren juist vereerd dat de minister de moeite nam om naar hun school te komen om met ze in gesprek te gaan.[image:https://d5ms27yy6exnf.cloudfront.net/pictures/240318_CollegeBoer1_453EF0B0DE7E091DC1258AE400787E50.jpg]"Het ging wel prettig, de studenten hadden goede vragen", zegt Esther de Snoo. Aeres Hogeschool Dronten en Nieuwe Oogst organiseren College Boer al zo'n drie jaar. Het idee daarachter is om studenten die midden in hun opleiding en ontwikkeling zitten in contact te brengen met mensen waar ze normaal gesproken niet zo snel mee in contact komen. Dat ze persoonlijk de landbouwminister vragen konden stellen zagen ze dan ook als een buitenkans. "Ik vond het mooi", zegt de minister Piet Adema over de gesprekken die hij voerde met de studenten. Hij kan zich goed voorstellen dat jongeren zich afvragen of er nog een toekomst is voor de land- en tuinbouw in Nederland. "Kan ik nog wel het bedrijf van mijn ouders overnemen?" Maar ook "zijn we nog gewenst in Nederland?" Wat de huidige minister betreft zeker wel. Maar ook dat is straks aan de nieuwe minister van landbouw.

Waarom ASML wel en de boer niet?

Regelgeving in Nederland zat De Nederlandse politiek is bezig met een geheime missie om ASML te behouden in Nederland. Immers ca. 40.000 man heeft werk van ASML. ASML is trouwens niet het enige bedrijf. Meer bedrijven, die internationaal werken zijn de regelgeving in Nederland zat en dreigen te vertrekken. Logisch, wanneer wij Nederlanders door de overheid niet meer gestimuleerd worden om te werken, en daar bovenop ook nog eens alle overtollige regelgeving. Daarom wordt arbeid voor in Nederland opererende bedrijven onbetaalbaar, door onze steeds lagere productiviteit met steeds meer regels en toch behoud van salaris. Maar wat zijn de verschillen tussen ASML en de Nederlandse landbouw? De Nederlandse landbouw wordt in tegenstelling tot ASML zo dwars gezeten door de Nederlandse overheid, dat juist zij langzaam maar zeker wel hun bedrijven moeten staken. Met als gevolg daarvan, dat de toeleveranciers en de verwerkende industrie ook hun bedrijven moeten staken. De overheid doet net alsof dit niet zo is, maar de ene onwerkbare regel na de andere stapelen zij op, zodat het onmogelijk wordt om voor de Nederlandse landbouw nog een snee brood te verdienen. Als je het aantal werknemers van de landbouwsector optelt, zijn dit er veel meer dan die van ASML. Het weg faseren van de landbouw heeft dus veel meer werkloosheid tot gevolg dan het verdwijnen van ASML. Voor de natuur kan het ook niet zijn, want nergens ter wereld is de voetprint van de Nederlandse landbouw op de natuur zo klein als in Nederland. Een ding staat als een paal boven water. De landbouw zal over10 jaar zeker nog floreren, wanneer de overheid tenminste een verstandig beleid gaat voeren. Dit in tegenstelling tot ASML. Ik zie ASML als een bedrijf dat leeft van dag tot dag. Als het een Chinees bedrijf namelijk lukt, hun product na te maken, zijn zij van de ene op de andere dag verdwenen. Verder heeft zo’n mega groot bedrijf allerlei speciale regels en mogelijkheden om zo min mogelijk belasting te betalen. Dit in tegenstelling tot de landbouw. Zij hebben, als overwegend familiebedrijfjes, die mogelijkheden niet. Hoe is het te verklaren, dat een tak, die een onzekere toekomst heeft, behouden moet blijven voor Nederland en een bedrijfstak, welke zich al decennia lang heeft bewezen en een veel grotere stabiele tak is, moet verdwijnen uit Nederland? Kijk alleen al naar de gedachtegang van de overheid over het aantrekken van buitenlandse arbeidskrachten. Voor beide bedrijfstakken gelden toch dezelfde regels, zou je denken? Niets is minder waar! Voor ASML wordt de rode loper uitgelegd in tegenstelling tot de buitenlandse arbeidskrachten in de agrarische sector, die worden met de nek aangekeken en moeten weg uit Nederland. Hadden wij met elkaar niet afgesproken niet meer te discrimineren, of heeft de Nederlandse politiek hier geen actieve herinnering meer aan? Jaap Majoor Laag Zuthem

Kars


Foto's
1
Video's
0
Topics
0
Reacties
0
Stemmen
10
Volgers

Over mij

Leeftijd: 3jr
Laatst op Boeren.online: onbekend geleden
Laatst op Prikkebord: 0min geleden
Laatst op TractorFan: 2wk geleden

Bedrijven

Ervaring

Ik heb ervaring met de volgende machines:

Merk / type Waardering