Stikstof: een halve eeuw poepen en nathouden komt met dank aan visionairs als Mansholt en Algra eindelijk tot een einde | opinie

De landbouwlobby hield het polderen lang vol, tot en met 2022, stelt Kees Kooman. Maar volgens hem is het goed dat Nederland vijftig jaar na Mansholt toch echt begint aan een grote schoonmaak van de sector.

Door Kees Kooman,

Een jaar voor zijn pensioen pleitte Sicco Mansholt, voormalig landbouwminister en een van de grondleggers van Europese eenheid maar tegelijkertijd aanjager van de intensieve landbouw, in een afscheidsbrief aan de Europese Commissie voor ‘een totaal ecologisch evenwicht’ van de sector. Daarbij moesten smaak en voedingswaarde vooropstaan.

„Zorg voor een eerlijkere verdeling van de welvaart,” schreef hij, „verleng de levensduur van kapitaalgoederen, bescherm ‘schone’ productie en”, zo benadrukte hij, „eet minder vlees.” De ‘rode’ boerenzoon uit Groningen brak eveneens, ‘om materiële consumptie’ in te dammen, een lans voor geboortebeperking. Het was 1972.
‘Het stikstofbeleid roept weerstand op in de provincies en maakt vooral coalitiepartijen VVD en CDA electoraal kwetsbaar,’ meldt NRC in de zomer van 2022. „Het is vreselijk”, zegt verantwoordelijke VVD-minister Christianne van der Wal precies vijftig jaar na Mansholt, „in Den Haag wordt de handtekening (voor beleid) gezet, wij moeten met het slagersmes rond. Een andere boodschap heb ik helemaal niet.”

Onvermijdelijke schaarste in het verschiet
Mansholt, zoon van het Groningse Hogeland, was destijds tijdens een zeereis, die hij maakte met een eigenhandig gebouwd schip, onder de indruk geraakt van een toekomstvisie van een groep vooraanstaande wetenschappers die bekendstond als Club van Rome. Deze ‘wereldverbeteraars’ waarschuwden voor de onvermijdelijke schaarste in het verschiet en zelfs een mogelijk einde van het voortbestaan van de aarde, als er niet op een andere manier mee werd omgegaan. Zij waren de klimaatwetenschappers van de 21ste eeuw ver voor.

Op de kop af een halve eeuw geleden verscheen ook een rapportage van de stichting Natuur en Milieu met een even veelzeggende als alarmerende titel: ‘Bio-industrie, Augiasstal in milieu en landschap’. Daarbij werd gesproken van een metamorfose van het platteland door ‘in bonte kleuren geschilderde voedersilo’s’ met als bonus de ‘stankoverlast en verontreiniging van het oppervlaktewater.’
De viezigheid, vooral te wijten aan stikstof, nitraat en fosfaat van de intensieve landbouw, had geleid tot dode (zuurstofloze) en stinkende sloten en beken. Kortom, Nederland was razendsnel veranderd in een kolossale Augiasstal. We schrijven, opnieuw, 1972.

Onder een steen geleefd?
Politici als Van der Wal lijken verrast door de noodzaak van ingrijpende (stikstof)maatregelen en je vraagt je af of ze misschien onder een steen hebben geleefd. Siebe Algra, de voornaamste auteur van het rapport over de bio-industrie, werd in 2006 geïnterviewd door Trouw. In recordvaart was gebroken met de traditionele ‘grondgebonden landbouw’ zonder mestoverschotten. „Wat ik zag, was dat de intensieve landbouw vooral werd toegepast in gebieden met veel natuur. Juist daar had je ook ruilverkaveling en (veel) gebruik van kunstmest. Het had grote gevolgen voor het milieu.”

Algra, evenals Mansholt een Groningse boerenzoon, werd destijds verketterd door de sector, waar alleen het woord ‘bio-industrie’ klonk als een vloek. Export was in de zeventiger jaren van de vorige eeuw eenvoudiger geworden, extra aanleiding voor juist kleine boeren met weinig grond te kiezen voor wat Algra ‘industriële dierproductie’ noemde. Met alle problemen van de mest en de import (dankzij ‘Rotterdam’) van goedkoop veevoer van de andere kant van de wereld van dien. Maar niemand die het zag, of liever: niemand die het wilde zien. De Nederlandse landbouw was perfect georganiseerd. Geld, kennis, beleid, scholing, afzet: alles paste naadloos in elkaar.
De landbouw volgde, aldus Algra, een bekend mechanisme: ontkennen, vooruitschuiven, uitstellen. Aanvankelijke (mest)wetgeving ‘hing van compromissen aan elkaar’ en werd zo complex en bureaucratisch dat weinigen nog konden snappen waarover het ging. De landbouwlobby hield het polderen lang vol, tot en met 2022.

Augiasstal eindelijk ontmanteld
Als het goed is, wordt nu eindelijk gebroken met dat opportunisme en wordt de Augiasstal met dankzegging aan visionairs als Mansholt en Algra ontmanteld. Nederland, het vieste jongetje van de Europese klas moet beginnen aan de grote schoonmaak waarbij partijbelangen ondergeschikt zullen zijn. 1972-2022: een halve eeuw poepen en nathouden en hoe geduld zomaar kan uitmonden in een schone zaak.
Kees Kooman woont in Ee en is auteur van o.a. ‘Het beklemde land’ (over boeren op het Hogeland)
 Stikstof: een halve eeuw poepen en nathouden komt met dank aan visionairs als Mansholt en Algra eindelijk tot een einde | opinie (dvhn.nl)

De landbouwlobby hield het polderen lang vol, tot en met 2022, stelt Kees Kooman. Maar volgens hem is het goed dat Nederland vijftig jaar na Mansholt toch echt begint aan een grote schoonmaak van de sector.

Nieuwsgrazer

De beste boeren staan aan wal

Hebben de trefwoorden landbouw , groningen , pensioen , platteland , kunstmest , ecologisch , levensduur , europese commissie , stikstofbeleid en christianne van der wal geen geheimen voor jou? Dan kunnen we jouw kennis en inzicht goed gebruiken! Of je nu actief bijdraagt door foto's, video's, topics of reacties te plaatsen, of je zorgt er middels de stemknoppen voor dat de beste reactie naar boven borrelt.. Jouw kennis en inzicht m.b.t. de agrarische sector kunnen deze site nét dat beetje beter maken. Maak ook een (gratis) account aan!